Wat is de betekenis van Hij zit te brommen.?

2025-07-27
Spreekwoordenboek der Nederlandsche taal

P. J. Harrebomée (1858)

Hij zit te brommen.

[Men zegt dit van hem, die op de eene of andere wijze van zijne vrijheid is beroofd].

Gerelateerde zoekopdrachten