Hij zit in de rats
D.w.z. hij zit er in (zie [i]Camera Obsc.: Gerrit Witse; Nw. School[/i] VIII, 36; 429; Ndl. Wdb. VI, 2231), hij zit in transes (D.H.L. 71)), hij zit in verlegenheid, in de benauwdheid. Zie Opprel, 79; Amst 97; Dievenp. 99; Nkr. III, 14 Febr. p. 4; Mgdh. 111; Kmz. 161; Jord. 135; Het...