Hij verkoopt klaphout.
[Klaphout is kuipershout. Uit de eigenaardige droogte van hetzelve ontstond, bij vergelijking, het eerste spreekwoord van dit onderwerp, gebezigd van den jongeling, die altijd in zich zelven is gekeerd. In het tweede spreekwoord is klaphout zooveel als klapper: ’t wordt dus van den praatäl gezegd].