Hemeling
m. en v. (-en), HEMELLINGE, v. (-n), 1. gelukzalige, engel: (ook) hemelgod; 2. hemeltelg; 3. (Ind.) zoon van het Hemelse Rijk, Chinees.
Van Dale Uitgevers (1950)
m. en v. (-en), HEMELLINGE, v. (-n), 1. gelukzalige, engel: (ook) hemelgod; 2. hemeltelg; 3. (Ind.) zoon van het Hemelse Rijk, Chinees.
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
m. (-en), 1. engel; (ook) hemelgod; 2. iemand van hemelse afkomst, hemeltelg; 3. zoon van het Hemelse Rijk, Chinees.
J.H. van Dale (1898)
HEMELING, m. en v. (-en), HEMELINGE, v. (-n), gelukzalige, engel; (ook) hemelgod; — (Ind.) zoon van het Hemelsche Rijk, Chinees.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: