Wat is de betekenis van hazesprong?

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Hazesprong

m. (-en), 1. sprong (als) van een haas; 2. beentje (scheenbeentje met kuitbeentje) uit de achterpoot van een haas, dat wel als sigarenpijpje of pijpekoter wordt gebruikt.

2025-07-28
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

hazesprong

m. -en, de sprong v. e. haas; beentje uit de achterpoot inz. als sigarenpijpje.

2025-07-28
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

hazesprong

('ha:zə) m. (–en) 1. Eig. sprong van een haas. 2. Metn. beentje uit de achterpoot van de haas, tot pijpekoker of sigarepijpje verwerkt.

Gerelateerde zoekopdrachten