Wat is de betekenis van hardlopen?

2025-07-24
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Hardlopen

o., 1. om het hardst lopen (als wedstrijd) ; 2. snel en lang achtereen lopen (als oefening of als vertoning).

2025-07-24
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

hardlopen

hardlopen - Werkwoord 1. met versnelde pas zich voortbewegen Bij een triatlon wordt er gezwommen, gefietst en hardgelopen. hardlopen - Zelfstandignaamwoord 1. (sport), een sport waarbij men zich bekwaamt in het zich snel voortbewegen Woordherkomst samenstelling van...

2025-07-24
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

hardlopen

hardlopen - onregelmatig werkwoord uitspraak: hard-lo-pen 1. zo snel mogelijk een bepaalde afstand te voet afleggen ♢ op zondag gaat hij altijd een stukje hardlopen Onregelmatig werkwoord: hard-lo-pen ik loop hard ...

2025-07-24
Atletiek- en turnwoordenboek

Jan Luitzen (2008)

hardlopen

(onov ww; liep hard; h. hard gelopen) 1 LO - om het hardst lopen (als wedstrijd). • Jaarlijks worden Nederlandse kampioenschappen hardlopen gehouden. Op de baan: 100 m, 200 m, 400 m, 800 m, 1.500 m, 3.000 m, 5.000 m en 10.000 m. Indoor: 60 m, 400 m, 800 m, 1.500 m en 3.000 m. Op de weg: 10 km, halve marathon, marathon, 100 km (individueel en vereni...

2025-07-24
Dromen encyclopedie

Fink (1998)

Hardlopen

Wie met volharding hardloopt, loopt energiek op een doel af, dat hij ook zal bereiken. Soms gaat achter dit symbool ook een zekere wanhoop schuil, die op innerlijke remmingen wijst. Oudegyptische droomonderzoekers interpreteerden het hardlopen waarbij men niet van z’n plaats komt als het lange en soms vruchteloze wachten op het eigen succes....

2025-07-24
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Hardlopen

v., hurdrinne.

2025-07-24
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

hardlopen

o., 1. het om het hardst of snelst lopen: wedstrijd in het hardlopen; 2. snel en lang achtereen lopen bij wijze van vertoning of voor geld: het hardlopen, het kermisvermaak.

2025-07-24
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

hardlopen

('hart) wkw. 1. om het hardst lopen: tegen elkander -. 2. snel en lang achtereen lopen, draven: het is een bekende sportvertoning.

Wil je toegang tot alle 14 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-24
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

hardlopen

onbep. w., 1. om het hardst lopen (als wedstrijd); 2. snel en lang achtereen lopen (als oefening).