Halfwas
m. (-sen), 1. halfvolwassen leerling, aankomend werkman: terstond gevraagd een halfwas, tot verdere opleiding in het vak ; 2. halfvolwassen haas of konijn.
Van Dale Uitgevers (1950)
m. (-sen), 1. halfvolwassen leerling, aankomend werkman: terstond gevraagd een halfwas, tot verdere opleiding in het vak ; 2. halfvolwassen haas of konijn.
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
i. bn., halfwassen; u. zn. v./m. (-sen), halfvolwassen leerling, aankomend vakman: terstond gevraagd een —, voor verdere opleiding in het vak.
J.H. van Dale (1898)
HALFWAS, m. (-sen), halfvolwassen leerling, aankomend werkman terstond gevraagd een halfwas, tot verdere opleiding in het vak.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: