Wat is de betekenis van Haff?

2025-07-28
Duits woordenboek (DU-NL)

Dr. H. W. J. Kroes (1951)

Haff

strandmeer, haf; waddenzee.

2025-07-28
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

Haff

(D.) o. door smalle landtong ingesloten deel v. d. zee aan een riviermond, strandmeer.

2025-07-28
Vreemde woordenboek

S. van Praag (1937)

Haff

(D.). o. ingesloten deel van de zee, aan riviermond gelegen.

2025-07-28
Vivat's Geïllustreerde Encyclopedie

J. Kramer (1908)

Haff

een verouderd germaansch woord, dat in het deensch de zee, of een aanzienlijk gedeelte daarvan beteekent, en in het duitsch alleen nog als eigennaam van drie eigenaardige riviermonden aan de zuidelijke kusten der Oostzee voorkomt. Het zijn golven, die deels door naburige eilanden, deels door smalle, zandige landtongen bijna geheel van de zee gesche...

2025-07-28
Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Haff

Haff is een verouderd Deensch woord; het beteekent de zee of een aanmerkelijk deel daarvan, maar komt slechts voor als de eigennaam van drie eigenaardige riviermonden in de Oostzee. Het zijn baaivormige, gedeeltelijk door eilanden, gedeeltelijk door smalle, zandige landtongen (Nehrungen) van de zee nagenoeg geheel gescheidene rivieruitbreidingen, w...

2025-07-28
Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Haff

d. i. zeeboezem, is de benaming van drie gedeelten der Oostzee aan de zuidkust. Zie de arlt. FRISCHE HAFF, STETTINEB HAFF en KURISCHE HAFF.