Wat is de betekenis van Hachjesdag?

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Hachjesdag

m. (-en), (voorheen aan boord) dag dat elk man een rantsoen spek of vlees kreeg ; (bij uitbr.) smuldag.

Gerelateerde zoekopdrachten