Haasvreter
m. (-s), bloodaard.
Marc De Coster (2020-2025)
(1896) (inf.) bang iemand; lafaard. Syn.: angsthaas*; bangebroek*; bibberluis*; broekkakker*; broekpisser*; drafzitter*; hazenhart*; juffershondje*; kakbroek*; natscheet*; schijter*; schijtgat*; schijtvink*; vijg*. • Op het fort, gebeurde niemendal en daar kòn niemendal gebeuren.De ergste haasvreter zou daar op zijn plaats...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Wiktionary (2019)
haasvreter - Zelfstandignaamwoord 1. lafaard Woordherkomst samenstelling van haas en vreter
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: