Wat is de betekenis van Gusto?

2025-07-26
Papiaments woordenboek

Papiaments woordenboek

gusto

lust (plezier)

2025-07-26
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Gusto

[Eng.] smaak, zin, animo.

2025-07-26
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

gusto

smaak, genot; animo.

2025-07-26
Woordenboek Italiaans (IT-NL)

A. Lankhout en J.E. Bas Backer (1951)

gusto

smaak; fig. genot; leedvermaak; ci ho gusto, dat doet me genoegen; lekker!

2025-07-26
Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Gusto

1. eig., (iets of van iets) proeven, een weinig gebruiken van enz.; absol., een stukje eten. 2. overdr., proeven = genieten, te proeven krijgen, Metrodorum, een tijdlang horen, Cic., studia litterarum sensu, smaak vinden in enz., Cic.

2025-07-26
Spaans woordenboek (SP-NL)

Dr. C.F.A. van Dam (1948)

Gusto

m. smaak; genot, genoegen, lust, plezier; vrije wil; a gusto, naar smaak, naar behoefte; dar a uno por el gusto, iemand zijn zin geven; hablar al gusto, naar de mond praten; tornar el gusto a una cosa, op iets verzot raken, de smaak van iets beetkrijgen.