Wat is de betekenis van Grootendeels?

2025-07-24
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Grootendeels

GROOTENDEELS, bw. uitdr. voor het grootste gedeelte de Hollanders zijn grootendeels Protestant; het eertijds woeste veld is thans grootendeels bebouwd; — voornamelijk, hoofdzakelijk; het ongeluk is grootendeels zijne eigen schuld.

Gerelateerde zoekopdrachten