Wat is de betekenis van grondje?

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Grondje

o., inz. bet. 10.

2025-07-25
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

grondje

(1914) (diamantbew.) zie citaat. • Grondje: een vakje, dat geslepen wordt, als men een onzuiver opzoekt, om te zien, welke kant van den steen ’t meest geschikt is voor tafel- of kolletkant. (J. Van Ginneken: Handboek der Nederlandsche taal. 1914)

2025-07-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

grondje

grondje - Zelfstandignaamwoord 1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord grond

2025-07-25
Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

grondje

(het, -s), syn. van grond (5,6, 7): z.a.