Wat is de betekenis van Griff?

2025-07-24
Duits woordenboek (DU-NL)

Dr. H. W. J. Kroes (1951)

Griff

greep, handgreep; handvatsel (steel, knop, gevest, hangsel); klauw; etwas im Griff haben, de slag van iets beet hebben; Griffe kloppen, handgrepen oefenen; Griffe und Tritte suchen, houvast voor handen en voeten zoeken (bij klimpartij in de bergen).