goaltjesdief
(1958) (voetb.) topscorer; speler die onverwachte doelpunten maakt. Een vroeg voorbeeld was Ruud Geels. • Overigens doet het mij genoegen dat een „geestelijk bevrijde" Cor van der Gyp een „goaltjes-dief" bij uitstek is. Hij „steelt" ze bij - hopen, deze topscorer. (Het vrije volk, 27/10/1958) &bull...