Wat is de betekenis van gezwaaid?

2025-07-27
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

gezwaaid

(1934) (Barg.) getrouwd. • Met de kinderlooze weduwe is hij naar Den Haag verkast en die zal nou wel gezwaaid zijn. (Jan Campert: Die in het donker. 1934)

2025-07-27
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

gezwaaid

gezwaaid - Werkwoord 1. voltooid deelwoord van zwaaien

Gerelateerde zoekopdrachten