Wat is de betekenis van gelijkbenig?

2025-07-26
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

gelijkbenig

gelijkbenig - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: ge-lijk-be-nig 1. gezegd van een driehoek met twee even lange zijden ♢ we moesten een gelijkbenige driehoek tekenen met twee zijden van 5 cm Bijvoeglijk naamwoord: ge-lijk-be-nig ...

2025-07-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

gelijkbenig

bn. (meetk. hebbende twee gelijke zijden): een gelijkbenige driehoek.

2025-07-26
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

gelijkbenig

(gəlijʞ'be:nəch) bn. Meetk. met twee even grote benen of zijden : een -e driehoek; een → trapezium.

2025-07-26
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

gelijkbenig

bn., (meetkunde van driehoeken) twee gelijke zijden hebbend; — trapezium, waarvan de niet-evenwijdige zijden aan elkaar gelijk zijn.

2025-07-26
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-26
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

Gerelateerde zoekopdrachten