Wat is de betekenis van geleuve?

2025-07-25
Drentsche spreekwijzen

Dr. J. Bergsma (1906)

geleuve

(Hoogeveen, Meppel), geleuv' (Assen), geloov' (Balinge, Borger) geloof. Ik heb hum in 't geleuv' (Eext) − hij gelooft, wat ik hem heb verteld. Hij is heilendal oet 't geleuf (Eelde) − hij heeft het vertrouwen verloren.

Gerelateerde zoekopdrachten