Wat is de betekenis van geiteleren?

2025-07-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

geiteleren

bn. (van geiteleer), ook, geitenleren: een paar geiteleren handschoenen.

2025-07-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

geiteleren

bn. van geiteleder: handschoenen.

2025-07-25
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

geiteleren

bn., uit geiteleer gemaakt: handschoenen.

Gerelateerde zoekopdrachten