gaspit
gaspit - zelfstandig naamwoord uitspraak: gas-pit 1. brander van een gasfornuis ♢ dit is een fornuis met zes gaspitten Zelfstandig naamwoord: gas-pit de gaspit de gaspitten ...
Muiswerk Educatief (2017)
gaspit - zelfstandig naamwoord uitspraak: gas-pit 1. brander van een gasfornuis ♢ dit is een fornuis met zes gaspitten Zelfstandig naamwoord: gas-pit de gaspit de gaspitten ...
M. J. Koenen's (1937)
v. -pitten (het spitse buisje aan het uiteinde ener gasbuis, waar het gas ontstoken wordt, gasbek; ook: gasvlam).
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
v./m. (-ten), spits buisje aan het uiteinde van een gasbuis, waaruit zich de vlam van het ontstoken gas ontwikkelt; metonymisch die vlam of het licht ervan.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: