Wat is de betekenis van frotter?

2025-07-29
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

frotter

(1946) (Barg.) vuil iemand; een viezerik. Van het Franse ‘frotter’ (wrijven, schuren)? Zie ook frotterin*. • Het vorderde enige tijd eer ik het arsenaal van mijn Pijpse scheldwoorden had verrijkt met lieflijkheden als: verschwarsternar, gammer, frotter, hourik, mesjoggene hond en andere germanismen. (Piet Bakker: Jeugd in...

2025-07-29
Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Frotter

I. wrijven, schuren, boenen; aansteken, aan-, afstrijken; inwrijven; glaceren [bij schilderen]; afranselen; être frotté de latin, een oppervlakkige kennis van ’t Latijn hebben; II. wrijven (tegen), schuren (langs); III. se frotter, zich wrijven; se frotter à, zich wagen aan, iets beginnen tegen; omgang hebben met, zich in...