foutenbron
v./m. (-nen), oorzaak van fouten. Foutenbronnen ontstaan uit nevenverschijnselen die bij het uitvoeren van een meting in het meetresultaat een onnauwkeurigheid veroorzaken. De getalwaarde van de onnauwkeurigheid wordt de fout1 genoemd.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
v./m. (-nen), oorzaak van fouten. Foutenbronnen ontstaan uit nevenverschijnselen die bij het uitvoeren van een meting in het meetresultaat een onnauwkeurigheid veroorzaken. De getalwaarde van de onnauwkeurigheid wordt de fout1 genoemd.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: