Wat is de betekenis van fondsdokter?

2025-07-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

fondsdokter

fondsdokter - Zelfstandignaamwoord 1. (geschiedenis) dokter die met een ziekenfonds zaken doet Woordherkomst samenstelling van fonds en dokter

2025-07-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

fondsdokter

m. -s (dokter, die uit een fonds betaald wordt).

2025-07-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

fondsdokter

m. (-s), dokter die aan een ziekenfonds verbonden is.

2025-07-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Fondsdokter

FONDSDOKTER, m. (-s), dokter aan een ziekenfonds verbonden.