Wat is de betekenis van fluitketel?

m. (-s), waterketel met stop die fluit als het water kookt.

waterketel met fluitende dop. waterketel met een dop die een fluitend geluid afgeeft als het water kookt. Voorbeelden: Ze hoorde Arthur in de keuken. De ijskast ging open en dicht. Ze wachtte op het geluid van de fluitketel. Een kopje thee, ja, dat zou er wel ingaan. Peter van Straaten, Niet doen Agnes, 2000 Iedere morgen wee...

1) (2017) (inf.) zie citaat. • Voor een fluitketel (fluitje bier plus Kerel 1 jenever) of een duikboot (jenever in het bier gekieperd) wijken de natuurwetten evenmin. (Midas Dekkers: Volledige vergunning. 2017) 2) (1989) (Rotterdam) bijnaam van station Blaak. Het ontwerp, dat eerder lijkt op een vliegende schotel, is van architect Harry...

fluitketel - Zelfstandignaamwoord 1. (huishouden) waterketel met een stoomfluit in de dop die ter waarschuwing fluit als het water kookt Woordherkomst samenstelling van fluit(werkwoord) en ketel

fluitketel - zelfstandig naamwoord uitspraak: fluit-ke-tel 1. ketel met een stop die fluit als het water kookt ♢ ik hoor de fluitketel, het water kookt Zelfstandig naamwoord: fluit-ke-tel de fluitketel ...

s., fluittsjettel.

m. -s (waterketel, die een fluitsignaal geeft, als het water kookt).

m. (-s), waterketel met stop die fluit als het water kookt, soms vast op de ketel bevestigd en met een knop in het handvat te bedienen.

...