Wat is de betekenis van Fluit-aria?

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Fluit-aria

v. (-’s), aria voor de fluit.

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Fluit-aria

FLUIT-ARIA, v. (-’s), eene aria voor de fluit; ...BAS, v. (-sen); ...BEKKEN, m. mv. een visschengeslacht (fistularia), tot de familie der grondels behoorende, waarvan de kaken tot een lange, smalle buis zijn verlengd; ...BEKVISCH, m. (...visschen); ...BLAZER, m. (-s); ...BOEI, v. (-en); ...BROOD, o. (-en), een langwerpig brood: ...EEND,...