Flotteren
[Fr. flotter = drijven, dobberen, golven, ook: weifelen, van Lat. fluctuare = door golven heen en weer geslingerd worden, van fluctus = golf, van fluere, fluctum = vloeien] 1 dobberen, vlotten, in onvaste beweging zijn; 2 (fig.) weifelen.
A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)
[Fr. flotter = drijven, dobberen, golven, ook: weifelen, van Lat. fluctuare = door golven heen en weer geslingerd worden, van fluctus = golf, van fluere, fluctum = vloeien] 1 dobberen, vlotten, in onvaste beweging zijn; 2 (fig.) weifelen.
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
[Fr.] (flotteerde, heeft geflotteerd), 1. vlotten, in onvaste beweging zijn; 2. (weverij) zonder bindingspunten over andere draden heen liggen,
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: