Flits
m. (-en), 1. (gew. en dicht.) pijl; 2. bliksemschicht.
Marc De Coster (2020-2025)
(1995) (jeugd) modieus, hip. Vgl. blits* uit de jeugdtaal van de jaren zestig van de twintigste eeuw. • Maar wat nou als je de ideale yuppenflat hebt en alleen maar flitse pakjes in de kast en daar toch iets passends bij wilt bekomen? (De Volkskrant, 15/04/1995) • Je Moet In Een Flitse Auto Rijden!!! Dus Een Cheetah OF Een Jagu...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Wiktionary (2019)
flits - Zelfstandignaamwoord 1. een korte uitbarsting van licht of een ander elektromagnetisch verschijnsel ♢ Een flits aan de horizon was de eerste aankondiging van het komende onweer. 2. een kortdurend maar heftig evenement flits - Werkwoord 1. eerste persoon enkelvoud tegen...
Muiswerk Educatief (2017)
flits - zelfstandig naamwoord 1. korte tijd ♢ in een flits was het weer voorbij 2. fel en kortdurend licht ♢ na de donderslag volgde een flits Zelfstandig naamwoord: flits ...
H.J. Terblanche - M.A., D. Litt
blits, skielike ligstraal; skielike ingewing; flitslig; geflits, blits, weerlig, straal skiet.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
m. (-en), 1. zeer kortdurend lichtschijnsel: flitslicht; 2. bliksemschicht; 3. snel verschietende verschijning: de — van zijn vlucht (van een vogel).
Instituut voor de Nederlandse taal
flits zn. 'pijlsnel licht' categorie: leenwoord Vnnl. flitse 'pijl (als wapen)' [1555; Luython], ook eenmaal flirtse [1603; WNT], maar daarna alleen flits [1605; WNT worden]. In de (huidige) overdrachtelijke betekenis 'korte lichtstoot' eerst vooral in samenstellingen: blixemflits [1638; WNT bli...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: