Flauwiteit
v. (-en), 1. zouteloos, geesteloos gezegde, flauwe grap ; 2. (w. g.) geesteloosheid.
Van Dale Uitgevers (1950)
v. (-en), 1. zouteloos, geesteloos gezegde, flauwe grap ; 2. (w. g.) geesteloosheid.
Wiktionary (2019)
flauwiteit - Zelfstandignaamwoord 1. iets flauws, pietluttigs of onbenulligs ♢ Ik weet het, weer een flauwiteit, maar soms kan ik dat gewoonweg niet laten. 2. een flauwe grap Woordherkomst Afgeleid van flauw met het achtervoegsel -iteit Synoniemen [1] beuzelarij, pietluttighe...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Muiswerk Educatief (2017)
flauwiteit - zelfstandig naamwoord uitspraak: flau-wi-teit 1. flauwe grap of opmerking ♢ je moet niet zoveel flauwiteiten vertellen Zelfstandig naamwoord: flau-wi-teit de flauwiteit de f...
Jozef Verschueren (1930)
v. (-en) 1. Eig. het flauw zijn: uit -. 2. Metn. flauw iets, flauwe grap: houd op met die -en.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: