flappentap
1) (1990) (sch.) geldautomaat. Variant: flappentapper*. • Dagelijks staan Nederlanders in de rij voor de flappentap, alsof er voor het eerst in weken weer vlees of vers fruit te krijgen is. (NRC Handelsblad, 22/06/1990) • Nu al voel ik me soms een halve crimineel als ik voor de flappentapper paniekerig sta te stuntelen met verschillende...