Wat is de betekenis van Fibiger?

2025-07-29
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Fibiger

Johan, Deensch lyrisch dichter van Romantische gevoeligheid en liberale levensbeschouwing; * 1821 te Nykjöbing, † 1897 te Kopenhagen. Zijn beide zusters Elfride en Hja F. deden aan feministische strekkingsliteratuur. Voorn. werken: Den evige Strid (1878); Graabroderen (1880).

2025-07-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Fibiger

('fi:bigər) (Johannes) Deens geneeskundige, ° 1867, ✝ 1928 te Kopenhagen; 1926 Nobelprijs voor zijn kankeronderzoekingen.

2025-07-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Fibiger

Johannes Andreas Grib, Deens patholoog, *23.4.1867 Silkeborg, ♱30.1.1928 Kopenhagen. Fibiger, hoogleraar te Kopenhagen, slaagde in 1913 erin kankergezwellen op te wekken in de magen van ratten en muizen door ze bepaalde parasieten (Spiroptera) toe te dienen. Later is gebleken dat hier van echte neoplastische vormsels (kankers) geen sprake was. Hij...