Wat is de betekenis van femel?

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Femel

I. v. (-s), manlijke hennep, vroeger ten onrechte als vrouwlijk beschouwd. II. m. en v., femelaar(ster).

2025-07-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

femel

femel - Zelfstandignaamwoord 1. kwezel 2. mannelijke hennep in de koffieshop verkopen ze wel wiet maar geen femel femel - Werkwoord 1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van femelen ♢ Ik femel 2. gebiedende wijs van femelen ...

2025-07-28
Eerste Medisch Systematische Ingerichte Encyclopedie

Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. (1954)

Femel

Jean (1497-1558), Frans arts, sterre- en wiskundige, bijgenaamd de „moderne Galenus”.

2025-07-28
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

femel

I. ('fe:mәl) v. (-s) [Lat. femella, vrouwelijke hennep] mannelijke hennep, vroeger verkeerd als vrouwelijke hennep beschouwd. II. m. en v. femelaar(ster).

2025-07-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

femel

v./m. (-s), mannelijke hennep, vroeger ten onrechte als vrouwelijk beschouwd.

2025-07-28
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)