Wat is de betekenis van Fastīgo?

2025-07-28
Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Fastīgo

(1), spits doen toelopen, gewl. refl. se fastigare en pass. fastigari mediaal = spits toelopen, schuins oplopen, Liv., ook = schuins aflopen, hellen, Caes.

Gerelateerde zoekopdrachten