Wat is de betekenis van Făbrĭcor?

2025-07-27
Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Făbrĭcor

dep. (1), timmeren, smeden, bouwen en dgl.; in ’t alg., vervaardigen, toebereiden, vormen.

Gerelateerde zoekopdrachten