Wat is de betekenis van Expressief?

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Expressief

(<Fr.), bn. bw. (...siever, -st), 1. met veel gevoel of uitdrukking. 2. veelzeggend, sprekend.

2025-07-25
Laat maar zien

Jos van Onna & Anky Jacobse (2020)

Expressief

Waar gevoelens duidelijk uit blijken.

2025-07-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

expressief

expressief - Bijvoeglijk naamwoord 1. veel expressie hebbend Het expressieve gelaat van de man sprak boekdelen. Woordherkomst afgeleid van expressie met het achtervoegsel -ief afgeleid van het Franse expressif (met het voorvoegsel ex-)

2025-07-25
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

expressief

expressief - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: eks-pres-sief 1. waar gevoelens duidelijk uit blijken ♢ zij heeft een expressief gezicht 2. aandachtig en met zorg en toewijding ♢ ? Bijv...

2025-07-25
Lexicon voor de kunstvakken

Wouter van Boesschoten, Wieneke van Breukelen, Ton Konings m.m.v Henriette Coppens, Eefje Lonis, Jos van Waterschoot & Simon Wienke (2002)

Expressief

Expressief is een, met veel gevoel, manier van uitdrukken waarbij het persoonlijke van de maker en/of de beschouwer voorop staat, de bewerkingen zijn beweeglijk en krachtig, geen details, duidelijke vormen (zie vorm (1)) en felle kleuren.

2025-07-25
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Expressief

[Fr. expressif] bn & bw 1 sterk sprekend, veelzeggend (bijv.: gebaar); uitdrukkingsvol (bijv.: gelaat); 2 zich sterk doende gelden (bijv.: expressieve kracht).

2025-07-25
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Expressief

vol uitdrukking; met veel gevoel

2025-07-25
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

expressief

vol uitdrukking; nadrukkelijk; veelzeggend.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

expressief

bn.,bw.; expressiever, expressiefst (Fr. veelzeggend; vol uitdrukking).