Wat is de betekenis van excuus?

2025-07-23
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Excuus

(<Fr.), o. (...cuses, ...cusen), verontschuldiging; betuiging van spijt: zijn excuses maken, aanbieden; excuus magen; — reden van verschoning: dat is geen excuus.

2025-07-23
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

excuus

excuus - Zelfstandignaamwoord 1. het spijt uiten dat je iets fout gedaan hebt, verontschuldiging 2. de reden dat je iets fout hebt gedaan zonder er de verantwoordelijkheid voor te willen dragen voorwendsel, smoes, dekmantel, vrijbrief, alibi Woordherkomst van het Frans Verwante begrippen [1] verschoning

2025-07-23
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

excuus

excuus - zelfstandig naamwoord uitspraak: eks-cuus 1. wat je zegt als je ergens spijt van hebt ♢ hij bood zijn excuses aan 1. dat is geen excuus [geen geldige reden] ...

2025-07-23
Papiaments woordenboek

Papiaments woordenboek

excuus

uitvlucht, verontschuldiging

2025-07-23
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Excuus

(ekskuus) verontschuldiging; uitvlucht

2025-07-23
Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

excuus

tw., pardon, neem me niet kwalijk. Ekskuus meneer, ik wou ook kopen... (Cairo 1978b: 113). Etym.: In deze vorm in AN zelden gehoord; wel ‘excuseert U mij'. Vgl. ook E ‘excuse me’.

2025-07-23
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Excuus

o., verontschuldiging

2025-07-23
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

excuus

o. verontschuldiging, verschoning; uitvlucht om van iets verschoond te blijven.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-23
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

excuus

o. excuses (Fr. excuse: verschoning, verontschuldiging; uitvlucht): zijn excuus maken; (ik) vraag excuus, beleefdheidsvorm, wanneer men zich genoodzaakt ziet iem. tegen te spreken, iem. een ontkennend antwoord te geven; lees ekskuus.