Wat is de betekenis van engelenhaar?

2025-07-28
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

engelenhaar

(1969) (inf.) sperma, zaad. Heidenen beschouwden de kerstboom als een seksueel object. Kerstballen werden gezien als testikels, de stam was een fallus en het ‘engelenhaar’ werd als het zaad van de godheid beschouwd. • oh god / wat ben ik / een geïnspireerd kind / met parels van sperma / in de kerstballen aan de boo...

2025-07-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

engelenhaar

engelenhaar - Zelfstandignaamwoord 1. het haar van een engel, of haar dat zo zacht en blond is dat het van een engel zou kunnen zijn 2. wolkjes van glasvezel of kunststof gebruikt als kerstdecoratie Ze had hem gevonden in een Albert Heijn-tas: een pistool. En een zakje kogels en een kogellader. In de kelder...

2025-07-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Engelenhaar

o., kerstboomversiersel van zilverkleurig haarachtig materiaal.

2025-07-28
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-28
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

Gerelateerde zoekopdrachten