Wat is de betekenis van Egelskop?

m. (-pen), 1. kop van een egel; 2. geslacht van waterplanten (Sparganium), tot de familie der lisdodden behorende, ook duikers geheten; vijf soorten : de getakte, de ongetakte, de drijvende, de kleine en de vlottende egelskoppen.

(Sparganium). Plantengeslacht, waarvan in Zeeland slechts één soort voorkomt: grote egelskop (S. eréctum). Dit is een forse, overblijvende moerasplant met grote driekantige, grasachtige bladen en een wortelstok. Zij heeft gescheiden mannelijke en vrouwelijke bloeiwijzen. De laatste zijn groter dan de eerste en heb...

(Sparganium, Fr. dûkel) Terwijl de grote en de kleine egelskop nog vrij algemeen zijn, komt de zeer zeldzame drijvende egelskop in Friesland (Sparganium angustifolium, Fr. driuwdükel) niet meer voor.

(Fr.: dûkel). Plant. Grote E. is algemeen; kleine E. niet op klei; kleinste E. zeldzaam op zand; drijvende E. soms aangetroffen.

s., dûkel; drijvende —, driuwdûkel; grote —, greate dûkel; kleine —, lytse dûkel; kleinste —, dûkelpjut.

(Sparganium), plantje uit de Lisdoddefamilie*. Groeit in of langs het water.

vertakte en onvertakte e„ plant met eenslachtige bloemen, vereenigd t/kogelronde aren.

(Sparganium), ook Duikers genoemd, thans tot de plantenfamilie der Sparganiaceae, doch vroeger tot die der lischdodden, Typhaceae, gerekend. E. is het eenige geslacht en omvat een 20 soorten moeras- en waterplanten in de Noordelijke gematigde en koude streken. Het zijn overblijvende kruiden met wortelstok, die door uitloopers vermeerderen. De onder...

('e:gəls) m. (-pen) waterplant met lange bladeren en stekelige vrouwelijke kolven (Sparganium ramosum).