Wat is de betekenis van Eenvormigheid?

2025-07-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

2025-07-29
Het juiste woord

Dr. L. Brouwers (1928)

Eenvormigheid

Adjectief: eenvormig, gelijkvormig, gelijksoortig, gelijkslachtig, eentonig, uniform, homogeen, monotoon, enerhande, enerlei. Naamwoord: eenvormigheid, gelijkvormigheid, gelijkslachtigheid, eentonigheid, uniformiteit, homogeniteit, monotonie, koekoek één zang. Werkwoord: er loopt een rode draad door. Causat...