Wat is de betekenis van Driehoevig?

2025-07-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Driehoevig

bn., (nat. hist.) met drie tenen: het neushoorndier is een drie'hoevig dier, is driehoe'vig.

2025-07-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Driehoevig

bn., drie tenen hebbend: het neushoorndier is een driehoevig dier, is driehoevig.

2025-07-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Driehoevig

DRIEHOEVIG, bn. (nat. hist.) met drie hoeven: het neushoorndier is een driehoekig dier.

Gerelateerde zoekopdrachten