Wat is de betekenis van Doorbomen?

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Doorbomen

(boomde door, heeft doorgeboomd), 1. voortgaan met bomen (voortduwen); 2. een boot doorbomen, bomende doen doorgaan; 3. op iets doorbomen, er over blijven praten.

Gerelateerde zoekopdrachten