Doodschouw
v., het constateren van de dood en de oorzaken er van door een daartoe bevoegd persoon.
Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. (1954)
het onderzoek waarbij de arts het overlijden vaststelt. Direct na het intreden hiervan bestaan nog slechts de waarschijnlijkheidstekenen, zoals daling van de lichaamstemperatuur, verdwijnen van de polsslag, uitdrogen van het hoornvlies, ademstilstand. Aangezien een aantal hiervan ook bij toestanden van schijndood aanwezig kan zijn, is altijd enige...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
M. J. Koenen's (1937)
v. (het schouwen van doden inz. van zelfmoordenaars of verongelukten, en het schriftelijk vaststellen van de dood en de oorzaak er van): dokter A. heeft de —.
Dr. L.M. Metz (1937)
Ambtelijke vaststelling van den dood met het doel te voldoen aan de bepaling der Wet, waarbij verboden is, een vergunning tot begraven af te geven, zonder bewijs van overlijden. Gemeentebesturen benoemen een arts voor het verrichten van doodschouw bij personen, die zonder geneeskundige behandeling zijn overleden.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
m. lijkschouwing, het constateren van de dood en de oorzaken ervan door een daartoe bevoegd persoon.
J.H. van Dale (1898)
DOODSCHOUW, v. het schriftelijk constateeren van den dood en deszelfs oorzaken; (w. g.) het w. w. doodschouwen.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: