Dood, (divers)
v./m. 1. de toestand die intreedt bij het eindigen van het leven; het intreden van deze toestand, het ophouden van de stofwisseling en van de andere levensverrichtingen; niemand ontkomt aan de dood,; de thema’s van liefde en dood,; de verschrikking des doods; bitter als de dood,; de kogels verspreidden dood, en verderf, veroorzaakten veler do...