donder en bliksem
(1923) (inf.) krachtterm. Vgl. duizend bommen en granaten. • ‘En wat moet ik schrobben, bootsman?’ ‘Donder en bliksem! Wát je schrobben moet?! Het schip moet je schrobben! Wou jij de zee schrobben? (Johan Fabricius: De scheepsjongens van Bontekoe. 1923) • Maar ik? Satan nog toe, nu zullen jullie zeker wel eens...