Wat is de betekenis van domheid?

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Domheid

v., 1. het dom-zijn; 2. (mv. ...heden), domme zaak (die men zegt of doet): welk een domheid hebt gij weder begaan!

2025-07-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

domheid

domheid - Zelfstandignaamwoord 1. het dom zijn De domheid van mannen valt soms met geen pen te beschrijven. 2. het dom doen terwijl men beter zou moeten weten Door haar domheid is de wasmachine stuk. Woordherkomst afleiding van dom en m...

2025-07-28
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

domheid

domheid - zelfstandig naamwoord uitspraak: dom-heid 1. het dom zijn ♢ door zijn domheid is er nu geen eten in huis Zelfstandig naamwoord: dom-heid de domheid de domheden ...

2025-07-28
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Domheid

s., dommens, stommens.

2025-07-28
Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

DOMHEID

(w.o. schijndomheid). Casimir definieert domheid als volgt: dom is hij of zij, die, onder voor hem (haar) normale omstandigheden, blijvend minder intellectuele prestaties geeft te aanschouwen dan de gemiddelde, welke gewoonlijk onder diezelfde omstandigheden verricht worden, maar die toch nog tot de normale verstandelijke breedte behoort. De grens...

2025-07-28
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

domheid

v. -heden (het dom zijn; domme streek): allerlei -heden begaan.

2025-07-28
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Domheid

Dom noemt men een kind, dat, alhoewel normaal en dus niet tot de zwakzinnigen behoorend, onder gewone omstandigheden voortdurend minder verstandelijken arbeid levert dan men gemiddeld bekomt bij leerlingen in dezelfde omstandigheden. Traagheid in het werk, allerlei inhibities, angst, enz. hebben soms bij een verstandig kind hetzelfde effect. Men sp...

2025-07-28
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

domheid

('domheit) v. (...heden) 1. Eig. het dom zijn. 2. Metn. domme handeling : ...heden begaan.

Wil je toegang tot alle 14 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Domheid

v., 1. het dom-zijn; 2. (mv. -heden), domme zaak (die men zegt of doet): wat een domheid heeft hij weer begaan!