Wat is de betekenis van doktersvisite?

2025-07-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Doktersvisite

v. (-s), bezoek van een dokter; (fig.) een kort bezoek.

2025-07-29
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

doktersvisite

doktersvisite - zelfstandig naamwoord uitspraak: dok-ters-vi-si-te 1. bezoek van een dokter aan het huis van een patiënt ♢ tijdens de doktersvisite onderzocht de arts zijn patiënt Zelfstandig naamwoord: dok-ters-vi-si-te ...

2025-07-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Doktersvisite

v./m. (-s), bezoek van een dokter; (fig.) een kort bezoek.

2025-07-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Doktersvisite

DOKTERSVISITE, v. (-s), bezoek van een dokter; (fig.) een kort bezoek.