Wat is de betekenis van dodden?

2025-07-25
Drentsche spreekwijzen

Dr. J. Bergsma (1906)

dodden

(Dalen, Gieten), dodderen (Assen) soezen, suffen, bij 't vuur zitten te slapen. Hiervan dodderig soezerig (Dalen); dodkop (Rolde); dodderkop, dodderd (Assen) − sufferd; slaopdod (Eext), slaopdodde (Gieten) − slaperd.