Dicerolepis
Dicerólepis Bl. [C. L. Blume], - van Gr. di(s), dubbel, tweemaal; kĕras, hoorn; lĕpis, schub. De keel der bloemkroon draagt vijf tweespletige, als het ware tweehoornige schubben.
Dr. C. A. Backer (1936)
Dicerólepis Bl. [C. L. Blume], - van Gr. di(s), dubbel, tweemaal; kĕras, hoorn; lĕpis, schub. De keel der bloemkroon draagt vijf tweespletige, als het ware tweehoornige schubben.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: