Dekschub
v. (-ben), 1. (plantk.) schub aan de voet van de kelk; — de onderste schub van de kegel der naaldbomen; 2. (dierk.) bovenste schubben op een vlindervleugel.
Van Dale Uitgevers (1950)
v. (-ben), 1. (plantk.) schub aan de voet van de kelk; — de onderste schub van de kegel der naaldbomen; 2. (dierk.) bovenste schubben op een vlindervleugel.
Veerman (1954)
De zaadknopschubben (eitjesdragende vruchtbladen) die de ♀ kegels van de Coniferen samenstellen, bestaan uit 2 delen, feitelijk 2 lagen; daarvan heet het deel waarop zich de eitjes bevinden zaadschub, het overige deel dekschub. Bij vele naaldbomen verhouten de d. tijdens de zaadrijping.
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
v./m. (-ben), 1. (plantkunde) elk van de schubben aan de voet van de kelk; de onderste schub van de kegel van naaldbomen; 2. (dierkunde) bovenste schub op een vlindervleugel.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: