De tanden laten zien (of toonen)
D.w.z. toonen, dat men zich weet te verdedigen, te handhaven, dreigen; ook: iemand barsch toespreken. Deze spreekwijze is ontleend aan die dieren, welke wanneer ze boos worden, hunne tanden laten zien. Vgl. reeds in de middeleeuwen die tande bieden (ook 16de eeuw) naast feilen tant toogen; Kiliaen: Blicktanden, tandblicken, ...