Darren
(darde, heeft gedard), (boeven- en volkst.) 1. sarren, tarten; 2. wachten ; 3. zwerven.
Van Dale Uitgevers (1950)
(darde, heeft gedard), (boeven- en volkst.) 1. sarren, tarten; 2. wachten ; 3. zwerven.
Marc De Coster (2020-2025)
(19e eeuw) (vnl. Amsterdam, inf.) zwerven; bedrijvig rondlopen; wachten. Maar ook: sarren, treiteren. 'Laat je niet darren.' • Die zure limoen, die mij an 'n Jomkippoer achter de toonbank laat darren om God te verzoeken, raakt er zijn gal toch niet mee kwijt als-ik nóg een rijksdaalder méér van die zeeman afneem. (Bernard...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Meertens Instituut (2020)
Engelse naam van onzekere herkomst, mogelijk van een familienaam. De Amerikaanse acteur Darren McGavin was mogelijk de eerste naamdrager.
H. Beem (1975)
opzettelijk, onnodig laten wachten; laat hem maar darren; vandaar in de Nederlandse volkstaal, sarren, tarten, lopen wachten; Middelhoogduits derren, Nieuwhoogduits dürren.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: